Nieuwe VNG-handreiking Didam: wat betekent dit voor ontwikkelaars?

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft een nieuwe handreiking gepubliceerd voor de toepassing van de Didam-regels in de gemeentelijke gronduitgiftepraktijk. Deze Handreiking 2025 biedt belangrijke verduidelijking voor gemeenten én marktpartijen na de Didam-arresten van de Hoge Raad in 2021 en 2024. Voor projectontwikkelaars en vastgoedadviseurs is dit document essentieel, omdat het richting geeft aan hoe gemeenten grondposities en vastgoedtransacties mogen vormgeven.

De handreiking bevestigt dat gemeenten in beginsel mededingingsruimte moeten bieden bij gronduitgifte. Een openbare selectieprocedure is het uitgangspunt, waarbij transparantie over objectieve, toetsbare en redelijke criteria verplicht is. Interessant voor de praktijk: de handreiking schetst verschillende erkende situaties waarin slechts één serieuze gegadigde bestaat, zoals bij bestaande grondposities, integrale gebiedsontwikkeling en grondruil. Dat biedt ontwikkelaars kansen wanneer reeds is geïnvesteerd in planvorming of locatie-exclusiviteit.

Belangrijk is ook de aandacht voor publicatievereisten – zelfs bij één serieuze gegadigde moet vooraf worden aangekondigd waarom van mededinging wordt afgeweken. Daarnaast waarschuwt de VNG voor mogelijke schadeplichtigheid bij schending van de Didam-regels, een risico dat sinds Didam II expliciet op tafel ligt.

Voor marktpartijen betekent dit: dossieropbouw en vroege positionering worden nog crucialer. Denk aan onderbouwde gesprekken met gemeenten, aantoonbare unieke positie en tijdige participatie in marktconsultaties. Wie zijn exclusieve aanspraak kan aantonen, blijft in de lead – maar de lat ligt hoger, en transparantie is de nieuwe norm.

Kortom: Didam leeft, en deze handreiking brengt structuur. Voorbereide ontwikkelaars profiteren.

handreiking-toepassing-didam-regels-in-de-gemeentelijke-gronduitgiftepraktijk.pdf